Peter Beijne: ‘de Fransman die volledig de weg kwijt was’

Vandaag varen we naar Dordrecht waar we de keuze hebben om af te meren bij watersportvereniging Maartensgat of bij de Koninklijke Dordrechtsche Roei- en Zeilvereniging. Twee prachtige passantenhavens. De afstand tussen deze jachthavens is ongeveer 200 meter. We gooien “kop-of-munt” en het kwartje valt op Maartensgat.

Op de website worden we welkom geheten, dat voelt goed: “Aan de voet van de Grote Kerk in het centrum van Dordrecht, ligt de jachthaven van watersportvereniging Maartensgat. Voor onze leden een heerlijke thuisbasis, maar WSV Maartensgat leent zich ook uitstekend voor passanten. De haven is een ideaal startpunt om de oude binnenstad te bezoeken, u bevindt zich namelijk meteen in het historisch centrum van Dordrecht. En na een goede nacht wakker worden onder toeziend oog van de Grote Kerk…” Is dat geen ijzersterk begin?

Peter Beijne en zijn vrouw runnen met enthousiaste vrijwilligers deze haven. Zij bekijken de watersport van de andere kant. Dit is hun verhaal.

FRANSE INSTINKERS

Op de middelbare school had ik een broertje dood aan één vak en dat was Frans. Wij zijn nooit vrienden geworden. Uiteraard gaat bij ons thuis een stokbroodje brie of camembert, besproeit met een goed glas Beaujolais, er wel in. Zaterdagmorgen bij de bakker een paar warme croissantjes scoren doen we ook met regelmaat. Maar eerlijk gezegd, daar blijft het wel bij. Ik ging even verzitten toen een Fransman, uitgedost met rode alpinopet, dwars gestreept shirt, rode zakdoek om de nek geknoopt en gezegend met een omhoog gekrulde snor, ons havenkantoor binnen liep. Hij sprak geen Nederlands en ik geen Frans. Chauvinistisch als hij was, weigerde hij Engels te praten: ‘mais non, pas de Anglais.’ Hij trok daarbij een vies gezicht. Dit werd lastig, want met die Franse taal moet je heel goed uitkijken. Die rare lui hebben me toch daar een paar instinkers tussen gestopt, puur en alleen om ons Hollanders te pesten. Ik zal een paar voorbeelden noemen:

  • als je bij de groenteboer in Parijs “des endives” bestelt, krijg je geen andijvie maar witlof.
  • als je bij een juwelier in Marseille vraagt om een polshorloge, staat hij je glazig aan te staren; ‘une horloge???’. Hij haalt z’n schouders op, sloft naar achteren en komt even later met een joekel van een wandklok aanzeulen: ‘voilà, une horloge.’
  • hebben ze het in Bordeaux over “drôle”, dan is dat is niet hetgeen u denkt. Het heeft niets met een toiletbezoek te maken, maar betekent gewoon “amusant”.

GEEN ZEILBOOT TE BEKENNEN

Peter Beijne achter de balie in zijn jachthavenIk waagde mij daarom niet aan het Frans met onze gast en ben overgestapt op de internationaal erkende gebarentaal “met handen en voeten”. Waarachtig, het lukte. Ik kreeg in de gaten dat de Fransoos met een zeilboot van dertien meter in onze jachthaven was gearriveerd. Hij wilde wel een paar dagen overnachten onder het toeziend oog van de Grote Kerk. Ik tikte met twee vingers zijn gegevens in op de computer. Zweetpareltjes van de inspanning druppelden op het toetsenbord. Ik legde hem zo goed en kwaad als het ging de codes uit van het toiletgebouw, Wifi, en het buitenhek. Voor de zekerheid noteerde ik die voor hem op een plattegrondje. Met een klap op de entertoets rondde ik de transactie af en de brave man betaalde keurig het liggeld. Hij verliet zwaaiend met de plattegrond in zijn hand het kantoor: ‘Au revoir!’ Ik zakte vermoeid achterover, staarde naar het plafond en mompelde tevreden: ’très bien, monsieur Beijne, très bien.’

Toch begon ik een beetje te twijfelen. Was het wel zo goed? Die Fransman heeft toch een zeilboot, hoe is hij dan bij ons de haven binnengekomen? Hij moet de Mazelaarsbrug, een gietijzeren handbediende draaibrug met balusterleuningen uit 1868, gepasseerd zijn. Mijn vrouw draait die brug maar heeft geen melding gemaakt van een opening voor die Franse zeilboot. Ik sprong in de alert-stand en liep het havenkantoor uit. In de jachthaven lag van alles, maar geen Franse zeilboot. Waar was die nou gebleven? Ik word toch niet gek? Nogmaals de hele haven uitgekamd, maar geen zeilboot te bekennen.

TU ES ICI

Ik liep richting uitgang en hoorde van verre een opgewonden heer met rode alpinopet, hyper-gesticulerend het haventerrein oplopen. Voilà, onze Fransman, met inmiddels rood aangelopen gezicht. Hij kwam temperamentvol, zoals de meeste Fransen zijn, op mij af. ‘Watte ieste dat haven-mesjeur, ikke moete poepe, maar die toilette gaat niet open met oew code. Doer blijve dicht. Ik mot ok un end lopuh van boot naar poeppot en dat is niet drôle, merde nog-an-toe. Wifi-code ok niet goed, werke niet. Poert bij inkang gaat niet open, blijft dickt ist kapoet. Wat iest dit vor waardeloze bateau-haven, niks is koet!!’

Ik bleef rustig en probeerde, als gediplomeerd havenmeester, de situatie onder controle te krijgen. De adrenaline-spiegel moest bij mijn gewaardeerde gast coûte que coûte omlaag. Broederlijk sloeg ik mijn arm om hem heen. ‘Waar ligt uw bateau dan?’ Hij haalde het verfrommelde plattegrondje uit zijn zak en wees met priemende vinger de plaats aan. ‘Mon bateau est là’, en wees keurig de jachthaven van de Koninklijke Dordrechtsche Roei- en Zeilvereniging aan.

Ik begon te lachen, pakte een pen en antwoordde in mijn beste Frans: ‘mais tu es maintenant ici’ (maar u bent nu hier), terwijl ik een kruisje op de kaart bij onze jachthaven zette. De Fransoos stamelde, rood geworden van schaamte “pardon et excuses”. Hij keek omhoog, voelde zich door het alziend oog van de Grote Kerk bekeken en sloeg devoot een kruisje. Ik heb hem het liggeld teruggegeven en op het plattegrondje voor de zekerheid het havenkantoor van onze goede buur aangekruist, die 200 meter verder ligt. Nu was het mijn beurt om hem uit te zwaaien: ‘Au revoir!’

We ronden dit prachtige verhaal van Peter Beijne in stijl af: “bonne journée et à vendredi prochain”.

Deze column is tot stand gekomen in samenwerking met PassantenPlaatsen Boot (PBB) onder de titel “moet je nou toch eens horen wat wij tijdens het varen hebben meegemaakt”. Ook je verhaal delen? Stuur deze samen met een paar goede foto’s naar: passantenplaatsenboot@gmail.com. 

Word lid van de Varende Vrienden van EOC-nieuwsbrief

De Varende Vrienden van EOC is een bron van informatie: vaartips, onderhoudstrucs en boeiende verhalen van medeschippers.
Via onze nieuwsbrief krijg je de beste artikelen maandelijks in je mailbox.
Gratis en toegespitst op jouw voorkeuren!

Astrid Boogert
Astrid Boogert
Marketing medewerker