Het is de vrijdag voor Pinksteren als ik aan boord stap bij Martin Egas. Het waait die dag behoorlijk en de boot schommelt gezellig heen en weer als we aan ons vragenuurtje beginnen. De “ApOma”, zoals de naam luidt, is sinds 2001 eigendom van Martin maar al sinds 1978 familiebezit: toen kochten zijn ouders dit pleziervaartuig. Sindsdien heeft hij er al heel wat uren op doorgebracht en mooie reizen mee gemaakt. Vroeger met zijn ouders, broer en zus, tegenwoordig samen met zijn vrouw Ellie en de kinderen en kleinkinderen. Vandaag vertelt hij over zijn passie voor het varen, het kluswerk aan en op de boot en deelt hij handige tips met ons.
Allereerst de scheepsnaam: hoe kom je daaraan?
‘Deze hebben mijn ouders bedacht toen zij de boot kochten. Ze hadden net hun eerste kleinkind gekregen en de naam verwijst naar de woorden opa en oma. De naam is sindsdien onveranderd gebleven.’
Is dit je eerste boot of heb je al vaker boten gehad?
‘Dit is mijn derde boot. Hiervoor heb ik twee kleine zeilboten gehad, totaal anders dan een motorboot. Ik heb deze eerst een jaar op proef gehad om te kijken of het mij en mijn vrouw beviel, voordat ik hem uiteindelijk overgenomen heb van mijn ouders. Het is immers zonde als hij maar stil blijft liggen omdat je geen tijd of zin hebt voor onderhoud en vaartripjes.’
Vertel eens wat meer over je boot.
‘Een merk of type kan ik je niet vertellen. De boot is, zoals ze dat mooi noemen, custom built. Dit was in het jaar 1972 en de opdrachtgever destijds was de locoburgemeester van Krimpen aan den IJssel. Helaas werd hij ziek en zodoende hebben ze er zelf nooit mee gevaren. De boot bleef stilliggen totdat mijn ouders deze zes jaar later kochten. De afmetingen zijn 10,30 bij 3,20 meter en hij vaart op diesel. Er zit een 68 pk Iveco motor in.’
Martin heeft zelf ontzettend veel geklust aan boord en heeft onlangs nog de keuken verplaatst, zodat deze ruimer is. Op de oude plek zijn kasten en een koelkast ingetimmerd. Verder vind je voor in de kajuit een tweepersoons slaapplek, een zithoek en een aparte doucheruimte met toilet. In de kuip is over de gehele breedte een bank te vinden waar je met gemak vier mensen op kwijt kunt. Door middel van een luik onderin de boot kom je in een extra ruimte, waar zich nog twee eenpersoonsbedden bevinden. Handig voor als de kinderen en kleinkinderen een weekendje meegaan!
Waar is je liefde voor het varen ontstaan?
‘Dat is me met de paplepel ingegoten. Van mijn ouders moest ik eerst leren zwemmen voordat ze een boot kochten. Ik ben er dus van jong af aan al mee bezig.’
Wat doe je zelf aan onderhoud?
‘Buitenom, motorisch, technisch, schilderwerk, houtwerk, ik doe alles zelf. Toen ik de boot in 2001 overnam van mijn ouders was hij helemaal verwaarloosd. Hij lag toen al vijf jaar te koop en al die jaren was er niks meer aan gedaan. Ik heb hem toen helemaal opgeknapt. Onderhoud plegen gaat het hele jaar door en om het jaar, als hij in de winter op de kant staat, wordt het vlak gedaan. Beetje smeren, beetje antifouling. Ik hou van het knutselen en mijn familie van het varen.’
Is een boot hebben echt zo duur?
‘Een boot aanschaffen is duur. Een boot onderhouden, dat is net wat je zelf wil en kan. Als je alles moet laten doen, dan kost het je erg veel geld. Aan normaal onderhoud, zoals een beetje verven ben ik nog geen € 1.000 per jaar kwijt. Maar ik doe alles zelf, dat scheelt enorm in de kosten. Ook betaal ik weinig liggeld omdat ik bij een verenging lig, zo’n € 400 per jaar. In een grote stad kan dat zomaar € 2.000 zijn.’
Zou je het ooit overwegen om elektrisch of op waterstof te gaan varen?
‘Elektrisch niet, daarvoor is je radius te beperkt. Dan moet je altijd weer aan de stekker. Een beetje een goed accupakket is duur en langer dan 6 uur kun je niet varen. Dus nee, dat zie ik nog niet zo zitten. Waterstof zou ik wel willen, maar dat is nog niet aan de orde.’
Wat is de ligplaats van je boot? En gaat hij in de winterstalling?
‘Bij een vereniging in Hardinxveld-Giessendam. In de winter gaat hij daar ook op de kant, samen met zo’n tachtig andere boten. We hebben daar een eigen kraan en het onderhoud regel ik altijd.’
Wat vind jij een mooie route om te varen?
‘Het mooiste vind ik Brussel-Gent-Oostende-Ieper. Dat is echt prachtig! Naar Dinant in België varen en dan via de kust terug is ook een mooie route. België vind ik eigenlijk het allerleukste! Vorig jaar hebben we Groningen aangedaan via de veenroute, dat is ook echt een aanrader. De Weerribben is naar mijn mening het mooiste stukje Nederland. Maar niet in het hoogseizoen, dan is het er veel te druk. Verder is de Zuid-Hollandse merenroute ook leuk. Dan pak je Schiedam-Gouda-Den-Haag-Katwijk en dan ga je zo richting Amsterdam-Haarlem. Terug pak je de meren via de Amstel. Op mijn verlanglijstje staat nog de Moesel rondvaren, maar daar moet je zes weken vakantie voor hebben, dus dat gaan we doen als ik met pensioen ben.’
Martin heeft zo’n 12 jaar geleden zijn vaarbewijs gehaald, ook al heeft hij deze voor zijn vaartuig niet nodig. Hou hier rekening mee mocht je een boot willen huren of kopen deze zomer. Een vaarbewijs is nodig bij een boot langer dan vijftien meter of een die harder dan 20 km/uur gaat. De kosten van een klein vaarbewijs en groot pleziervaartbewijs zijn eenmalig omdat deze een leven lang geldig blijven. Voor meer informatie omtrent vaarbewijzen klik je hier.
Ons artikel met de 5 leukste vaarroutes van Nederland al gelezen?
Gaan jullie ook weleens langer dan een dag weg of op vakantie met de boot?
‘Zeg maar gerust bijna ieder weekend in het voorjaar, de zomer en het najaar. En we gaan altijd met de boot op vakantie in de zomer.’
Heb je leuke aanmeer tips voor onze lezers?
‘In Nederland zou ik zeggen: ga naar Haarlem. Dat vind ik de mooiste stad van Nederland. Het aanmeren daar is ook heel vriendelijk. Leg aan bij de molen, dat is midden in het centrum. Je loopt vanaf daar zo de stad in. Leiden en Delft vind ik ook erg mooi. En tot slot: Garnwerd in Groningen. Dat zijn voor mij wel de meest bijzondere plekken.’
Zijn er voorzieningen aan de wal die je mist bij een aanlegplaats? Wat zou je daar graag willen zien?
‘Nee, maar wij hebben alles wat we nodig hebben zelf aan boord.’
Wat moet je altijd aan boord hebben als je een dagje weg gaat?
‘Altijd je telefoon meenemen, in geval van nood. Ik kwam een keer stil te liggen op de rivier, door een kapotte koppeling bleek achteraf. Ik kon helemaal niets meer. Toen ben ik voor anker gegaan en heb via de marifoon om hulp gevraagd, dan komt er een keer iemand je oppikken. We hebben daar lang gelegen en toen er uiteindelijk iemand met een tankbootje kwam zei hij: had me maar gebeld, dan had ik je eerder komen halen! Daarom is het dus altijd handig om je telefoon bij je te hebben.’
Verdere tips van de Varende Vrienden: als je met een bijvoorbeeld sloep op pad gaat dan is het handig om eten en drinken mee te nemen in een koeltas. Verder is zonnebrand in het voorjaar en de zomer aan te raden, omdat je op het water erg snel kunt verbranden!
Wat voor voorbereidingen tref je als je een dagje weggaat met de boot?
‘Ik controleer of de motor in orde is en check het oliepeil. Verder loop ik de accu’s na. Dat doe ik wekelijks en is eigenlijk gewoon routine.’
Wat vind je het fijnste aan een eigen boot hebben?
‘De vrijheid. Als ik mensen wil ontmoeten kan dat, dan zoek je iemand op. En als ik niemand wil ontmoeten, dan gooi ik hem voor anker en liggen we gezellig samen te dobberen. Net wat je wil en dat is heerlijk!’
En wat is minder leuk?
‘Nou daar moet ik echt even over nadenken. O ja, de onderkant teren, dat is echt een rotwerk! Dat deed ik ieder jaar rond de Kerst, hartstikke koud in de wind en je ogen liepen vol en deden zeer, bah! Daarom heb ik hem nu laten stralen en speciaal laten behandelen, waardoor dat niet meer hoeft de aankomende twintig jaar. Lekker hoor!’
Heb je nog handige tips voor andere bootbezitters?
‘Voor mensen die met een diesel varen: koop een goed reinigend filter. Dit kan veel problemen voorkomen met biodiesel. Verder: tank geen GTL als je een oude motor hebt. Oudere motoren hebben namelijk bepaalde pakkingen. In diesel zitten stoffen die ervoor zorgen dat de pakkingen uitzetten. GTL wordt gemaakt van gas, dus daar zitten die stoffen niet in. Het gevolg is dat de pakkingen gaan krimpen en je brandstofpomp gaat lekken. Die moet je vervolgens laten reviseren en dan ben je zo € 1.000 kwijt. Blauwe diesel kan overigens wel. Nog een heel belangrijke tip: als je op de rivieren zit, kijk dan meer achter je dan voor je. De binnenvaart vaart veel harder dan jij en zitten zo achterop. Het gevaar komt van achteren en niet van voren, onthoud dat goed!’
Lees ook onze artikelen over biodiesel en drab in de diesel, als je hier meer informatie over wilt.
Een goed uur later stap ik met een notitieblok vol informatie en mooie verhalen van boord. Hopelijk wordt het een mooie zomer en kunnen Martin en Ellie veel fijne boottochten gaan maken! Martin blijft overigens nog even aan boord. Die legt meteen nieuwe vloerbedekking nu hij er toch is, want het klussen gaat altijd door.
