EEN GESLAAGDE VEILIGHEIDSINSPECTIE DANKZIJ EEN HANDIGE FAMILIE
Toen Tinus Aangeenbrug zijn broer Karel belde met de vraag: “Zullen we samen een werkschip kopen?” was het zo geregeld. Hun oog viel op multicat “Destiny”, maar daar moest nog wel wat aan gebeuren voordat het multifunctionele werkbootje aan hun hoge standaarden voldeed. Typisch de familie Aangeenbrug: ze bedenken een leuk plan en voeren dat direct op handige wijze uit. De broers komen uit een groot gezin (zeven zonen, twee dochters) en bij iedere uitdaging zetten ze als team hun schouders eronder. Zo lukte het ze om aan het begin van de bouwvak de werf op te gaan met de “Destiny” en aan het einde er volledig goedgekeurd en gecertificeerd af te komen.
ZELF DOEN
Bij de aankoop van de “Destiny” bleek al snel de hele voorkant vernieuwd te moeten worden. Karel: ‘Dat was de eerste klus: voorkant losbranden en bam, een nieuw voorschip erop. Dat hebben we helemaal in eigen beheer ontwikkeld en gemaakt. Sterker dan deze ga je niet vinden hoor. We doen het graag allemaal zelf, dan weten we tenminste zeker dat het goed is. Om de vijf jaar moeten repareren, daar hebben we een broertje dood aan.’ Bij de vlakkeuring bleek dat er een paar anodes bij moesten en dat er nog wat plaatjes nodig waren. ‘Al die plaatjes, dan wordt het net zo’n gelapte kat en dat geeft meer algengroei. We hebben dus gelijk maar het hele middenschip gedubbeld, veel beter. En lekker antifouling erop laten spuiten. Dat hebben we moeten laten doen, op de werf mag je niet alles zelf hè.’ Het schip waterstralen konden ze wel zelf, met hun eigen 2500 bar apparaat. De broers worden blij van goede spullen. Die komen ook van pas bij hun klanten waarvoor ze bijvoorbeeld havenonderhoud doen.
UNIEK CONCEPT
Met hun bedrijf AGB Maritiem zeggen de broers een uniek concept te hebben. ‘Wij zijn sterk op het water, maar ook op het land. Wij ontzorgen onze klant, dat is ook onze slogan. We kunnen alles onderhouden in een haven, van de kades tot de loodsen.’ De familie Aangeenbrug komt uit de scheepvaart. Tinus is begonnen als ketelbinkie op de zeevaart en doorgegroeid tot Master all ships. ‘Een aantal jaar geleden ben ik in de waterbouw gaan werken om ervaring op te doen in de natte aannemerij. Ik heb ook een poosje de sleepboot “Alcyon” gehad, om op te knappen. Dat was een beetje een hobbyproject.’ Karel voer mee met zijn vader en een andere broer op de “Curata”. ‘Ik kon moeilijk achter de dames aan op zo’n drijvend eiland, dus op m’n achttiende ben ik eraf gestapt. Toen ben ik bij Van Vliet terecht gekomen, een waterbouwer in Ouderkerk aan den IJssel waar ik de kneepjes van het vak heb geleerd. Een paar jaar geleden leek het me leuk om zelf een bouwbedrijf te starten, op het droge, samen met twee andere broers.’
Het ondernemerschap is ze met de paplepel ingegoten, al hebben ze er zelf duidelijk een andere mening over: ‘Vakmanschap is een uitstervend beroep aan het worden en wij zijn gelukkig allemaal handig in de familie. En ondernemen is geen kunst, het is de kunst om de juiste mensen om je heen te verzamelen! Op de “Destiny” hebben we nu een 63-jarige Poolse medewerker die in het leger heeft gezeten, een echte topper. Ook hebben we een 57-jarige Surinaamse medewerker, voormalig semi-profboxer. Die gozer kan lassen, het is zalf voor de ziel om naar zijn kunstwerkjes te kijken. Je moet waardering hebben voor je mensen, daar begint het mee. In je eentje kun je al die klussen niet aanpakken, samen zorg je voor succes.’
AANDACHT VOOR VEILIGHEID
Het aspect veiligheid is altijd belangrijk, maar bij de inspectie van een multicat zeker. EOC- expert Alexander van Nederpelt – die de keuring voor NBKB uitvoert – legt uit: ‘Ik loop dan rond en probeer me echt in te beelden hoe er aan boord gewerkt wordt en waar ze tegenaan lopen. Letterlijk ook, zoals bijvoorbeeld alle luiken op het werkdek, die regelmatig open en dicht moeten. Dan blijkt uit de vragen die ik stel dat ze vaak met volle handen rondlopen en dan is het juist nodig dat op al die luiken uithouders komen en dat ze de luiken tijdens het varen goed kunnen borgen.’
De broers sommen samen een hele lijst op waar ze aan gewerkt hebben. ‘We hebben noodaccu’s bijgeplaatst in de stuurhut, zodat als het schip een black-out krijgt, we dat qua stroom kunnen opvangen. De noodverlichting in de machinekamer is aangepast, er zijn diverse leidingen vastgezet en alle keringen onder water zijn vervangen. We hebben een noodstop van de gasolietank buiten geplaatst, want daar moet je bij kunnen als er brand is in de machinekamer. De hefinstallatie van de stuurhut is gecheckt, daar moesten we op het bedienpaneel nog lampjes voor bijplaatsen die branden bij de laagste en hoogste stand, plus een alarm als de stuurhut in beweging is. We hebben ook gelijk de gasolietank schoongemaakt, we waren toch bezig. Natuurlijk zijn de brandblussers nagelopen en o ja, we hebben een enorme hoeveelheid stickers geplakt. Ze houden van stickers zeg, ik heb er nog zere handen van.’ Daar moet Alexander hartelijk om lachen: ‘Ja, die stickers horen er wel bij voor de Inspectie Leefomgeving en Transport om een certificaat te krijgen, maar dat zijn voor ons als expert juist de leuke regels om voor te schrijven. Ze kosten niet zo veel!’
HET JUISTE PAPIERWERK
Alexander heeft met plezier de “Destiny” gekeurd. ‘Toen ik net aan boord kwam, hoorde ik van de broers Aangeenbrug de vele plannen die ze met haar hadden. Dan denk je toch een beetje: we zullen zien. Maar het gebeurt gewoon, we maken afspraken en die komen ze na. Bij de nacontrole slechts een paar weken later zie je hoe hard ze gewerkt hebben met de hele familie, prachtig. En die vileine grapjes onderling vind ik ook mooi om te zien, ze zijn heel hecht met elkaar.’
Papierwerk, dat zien de broers toch een beetje als noodzakelijk kwaad, dus ze waren wat afwachtend wat de keuring betreft. Al snel blijkt het toch wel handig als een expert komt kijken, want het duwcertificaat dat bij de aankooppapieren van de “Destiny” zat, bleek niet te kloppen. Alexander doet wat graafwerk bij het NBKB en ILT en vindt de originele papieren van de proefvaart. De “Destiny” mag op klein vaarwater met grotere bakken varen dan op het oude certificaat stond. Tinus: ‘We hebben super samengewerkt met Alexander. Gewoon een man die meedenkt, dat valt me echt op bij EOC.’ Karel beaamt dit volledig: ‘Het viel me alles mee. Ik dacht eerst: daar heb je weer zo’n bureaucraat, maar Alexander was juist heel praktisch. De volgende keer mag hij weer komen, hoor!’ En zo rolde multicat “Destiny” na een geslaagde veiligheidsinspectie met het certificaat zone 2/3/4 (inclusief Nederlandse Rijn) en een correct duwcertificaat van de werf. Plus een passende verzekering bij EOC. De broers Aangeenbrug zijn volop aan het werk op hun ‘zo-een-als-deze-multicat-vind-je-nergens’. ‘Het is een goed begin, maar we hebben nog veel meer plannen. Wacht maar af!’
Multicat “Destiny”
Afmetingen 18,5 x 8,45 meter
Diepgang 1,63 meter
Thuishaven Stolwijk
Beschikt over:
– 2 spudpalen
– 2 kranen (26 tons voorop/60 tons achterop)
– 2 x 30 tons lieren (kan 1083 kuub duwen)
– 2 x schottelroeren (360 graden draaibaar)
– moonpool (voor sonderingsapparatuur)